Over deze etappe hebben we al wat discussies gevoerd, en voornamelijk over hoe het aan te pakken. Het stuk tussen St.Dalmas en Utelle was altijd al
één van de langste stukken zonder accomodatie of voorzieningen van de GR5 en het was mooi om te zien dat in 2019 in het gehuchtje dat
halverweg ligt, Les Granges de la Brasque, de gemeente een oud vakantiekamp had gerenoveerd tot hutten met de mogelijkheid om ook te kamperen. Maar
natuurlijk tijdens corona moest het dicht en hier ging het verkeerd. In 2020 koos de gemeente (Utelle) een nieuwe burgemeester en blijkbaar was deze
burgemeester al vanaf het eerste begin tegen het renoveren van het vakantiekamp en dus zocht hij een excuus om het te sluiten. Eerst door het
restaurantje te sluiten omdat er naar verluid klachten waren en later toen de opzichter aangaf dat de werkomstandigheden niet ideaal waren werd de
accomodatie helemaal gesloten ipv de werkomstandigheden te verbeteren. En dus na corona ging het niet meer open en GR5-wandelaars hadden wederom
een hele lange etappe zonder accomodatie. Hopelijk gaat het in de toekomst wel weer open, maar daar hebben wij natuurlijk weinig meer aan.
Dus wat doen we? De grote rugzak met de tent en zo meenemen en halverwege wildkamperen? Dat is een optie, maar Lupita heeft wel graag een warme douche
en een toilet (en ik stiekem ook wel), dus toch maar niet. Een auto parkeren in Les Granges en zo de truc met 2 auto's toepassen? Dat kan, maar het
is een 20km lange smalle bochtige weg naar Les Granges en gezien de moeilijkheden die we hadden om 6 km naar Pont Rouge te rijden op de eerste
wandeldag dit jaar is het echt een aantrekkelijke optie. En dan is er optie 3: een auto parkeren in Utelle en het hele stuk in ëën keer lopen
maar met dagrugzakjes met alleen wat eten en drinken. En dit is dus wat we gaan doen. En vanwege de lengte van de etappe blijven we er maar naar
verwijzen als de "monsteretappe". Laten we zien of die naam terecht is.
We hadden het basiskamp al verplaatst naar de boerencamping in St.Dalmas-Valdeblore waar we eerst op donderdag een wasdag hadden. En dat ging niet
helemaal als gepland. Er was 70% kans op een bui in de middag, maar dat betekende dus dat het om 15 uur begon te stromen van de regen en dat hield
3 uur aan inclusief flink onweer. Dus de was was niet droog, maar belangrijker nog is dat het ongetwijfeld dat wandelpaden modderig en glad heeft gemaakt.
Vandaag zijn we nu om half 6 opgestaan om om kwart voor 7 te kunnen vertrekken terwijl het nog niet helemaal licht is. Maar we moeten nog een stukje
langs de weg naar naar het dorp en aangezien het behoorlijks snel licht wordt verwachten we dat tegen de tijd we op onverharde paden zitten we wel
voldoende kunnen zien om onze nek niet te breken.
Helaas moeten we bij het verlaten van het dorp zo'n beetje in een rechte lijn omhoog over een hele stenige 4x4 weg, en de regen van gisteren heeft
de kwaliteit van het pad ook geen goed gedaan. Verder omhoog kruisen we een andere 4x4 weg en rechtdoor is nu een gewoon wandelpad geworden dat
meestentijds een stuk aangenamere stijgingspercentages kent tot op Col Varaire. Deze pas ligt gewoon nog in het bos met werkelijk nul uitzicht en is
niet eens het hoogste punt. Na een kort vlakker stuk klimmen we door naar Col des Deux Caires. Vooral het laatste stuk is best even zwaar met een paar
haarspeldbochten omhoog. Maar hier hebben we in ieder geval wel een mooi uitzicht als we op zo'n beetje het hoogste punt staan, want vanaf hier
rolt de GR5 rond deze hoogte. Nou, nee, daar gaat het dus verkeerd. Op de pas staat een bord dat de GR5 gesloten is vanwege een "significante aardverschuiving"
en dat we de alternatieve route links omhoog moeten volgen. En dat doen we dus, en flink omhoog ook, totdat het pad splitst. Het linker pad is
duidelijk het meest gebruikt, maar heeft wederom het bord dat het gesloten is ivm de aardverschuiving (en ook nog een rood/wit kruis dat het niet
de GR5 is) met de mededeling dat we de alternatieve route moeten nemen. Eh ... dit IS toch de alternatieve route? Maar blijkbaar hebben we ergens een
afslag of markering gemist. Nou ga ik niet graag terug, maar recht vooruit kunnen we de aardverschuiving zien. Het is niet zo groot, maar proberen een
onstabiele aardverschuiving over te steken is een heel slecht idee. De enige manier om er voorbij te komen is bovenlangs, en dus besluiten we het
gesloten pad toch te volgen om te kijken of het ons hoog genoeg brengt. En het pad gaat in werkelijkheid gewoon zigzaggend omhoog zonder dicht in de buurt
van de aardverschuiving te komen. We lopen dan wel niet op de GR5, maar we zien beneden ons wel waar de oorspronkelijke GR5 liep en zolang we dat maar
in de gaten houden maken we ons weinig zorgen. Net onder de top van de Caïre Gros draait het pad naar links en gaat er naar rechts een smal en
minder gebruikt pad. En aangezien dat in de juiste richting gaat, besluiten we het maar te nemen. Er staan houten paaltjes langs het pad op redelijk
regelmatige afstanden en op de 3e of 4e paal zit een bordje "deviation GR5". Mooi, we zitten dus goed. En nou we het er over hebben....zeiden we een
paar dagen geleden niet dat we tot Nice niet meer boven de 2000m zouden komen? Nou, volgens de GPS zitten we nu op 2068m en als we het correcte pad
hadden gevolgd over de Caïre Gros zouden we op 2086 meter zijn geweest. Ah...dus de afdaling van de Stèle Valette is niet langer het
laatste officiële punt boven de 2000m op de GR5, dat is nu hier op de Caïre Gros,
De omleiding is small en nog niet zo veel gebruikt, en daarom erg onregelmatig, wat mijn enkels niet leuk vinden. Maar na een wat vlakker deel gevolgd
door een zigzaggende afdaling komen we weer op de oorspronkelijke GR5 uit. Vanaf hier gaat het inderdaad rollend op en neer onderlangs de Mont Chalancha
en een naamloze pas die op de kaart Le Pertus heet, dan onderlangs het bergtopje La Partissuolo naar de volgende pas, Baisse de la Combe. Vanaf hier
is het lekker vlak en we lopen nu lekker door richting Collet des Trous. Voor een stukje dan, want bij een splitsing van het pad waar je rechtsaf
rechstreeks naar Col d'Andrion kan, moeten we linksaf bijna klauterend omhoog richting Collet des Trous. We lopen nu bovenover soms heftig op en neer
naar Collet des Trous. Een onverwachte flinks inspanning.
Op Collet des Trous is het lijden weer over, vanaf hier gaat het pad rustig dalend naar beneden totdat we op een (onverharde) oude militaire weg komen.
De GR5 snijdt zoals altijd de haarspeldbochten weer af, maar de afsteekjes zijn zwaar uitgesleten en modderig, ongewtijfeld door de regen van de afgelopen
dagen. En dus blijven we maar op de militaire weg lopen in plaats van dat we onze enkels en knieën riskeren. En zo komen we in Les Granges
de la Brasque waar we weer op het asfalt komen.
We passeren de paar huizen van Les Granges en "bewonderen" de gesloten toeristenhutten om vervolgens 2 km lang over een vlakke asfaltweg te lopen.
We stoppen bij een picknickbank om even wat te eten als een oudere dame met een mand aan haar arm voorbij komt. We zitten in het bos, oudere dame,
mand aan de arm, we krijgen even een Sneeuwwitje moment. Maar gelukkig biedt ze ons geen appel aan.
Vanaf hier begint een lange en soms redelijk moeilijke afdaling. Twee maal kruisen we de asfaltweg waar deze een klein lusje maakt en we besluiten dan
maar dat lusje te volgen. Maar het laatste stuk naar beneden is er geen alternatief en moeten we behoedzaam afdalen naar Col des Fournés. Hier
zit een oudere man helemaal in zijn uppie in het bos op een bankje de krant te lezen. Ik weet het niet hier, maar we komen wel aparte mensen tegen.
Nu volgt een lange bijna vlakke wandeling naar Col de Gratteloup. Vlak, maar wel over een heel smal pad met de vallei van de Vésubie links diep
beneden ons. Na Col de Gratteloup gaat het nog even vlak door tot aan een wegwijzer waar we de GR510 kruisen vanaf waar we nu langzaam weer omhoog gaan
richting Brec d'Utelle. Het wordt langzaam steeds steiler en dan gaan we in een paar lussen omhoog naar wat een bergpasje lijkt. Dat ziet er goed
uit, maar wanneer we daar komen blijkt dat de klim nog nauwelijks begonnen is. We moeten nu over rotsen klimmen en het lijkt onmogelijk dat hier nog
een pad omhoog gaat. We voelen ons een paar vliegen die tegen de wand gekleefd zitten en het is maar beter dat ik even niet naar beneden kijk. Maar
na nog wat geklauter hier en daar komen we bij een kleine inkeping in de rotswand van de Brec d'Utelle: Breche du Brec. Men zegt dat dit het eerste
punt op de GR5 is waar je de Middellandse Zee kunt zien. Maar niet vandaag .... het is veel te vochtig. We zien in de verte wel de brede vlakke
vallei van de Var, maar waar deze richting zee gaat verdwijnt het in een witte mist. Helaas, het zou leuk zijn geweest.
Vanaf hier is het een 2 uur lange afdaling naar Utelle en de afdaling is best goed. Het eerste stuk is steil en zigzagt naar beneden, maar gelukkig
liggen er niet veel losse stenen op het pad. Het is meer alsof je een hele rotsige trap afdaalt. We komen op een naamloos bergpasje
tussen de Brec d'Utelle en de Tête d'Escandolier. Vanaf hier blijft het pad ineens bijna vlak lopen tot wegwijzer nummer 438 waarvandaan een
zijpad naar La Tour gaat. Vanaf hier tot Col du Castel Gineste is werkelijk prachtig: het smalle pad loopt tegen de rotsen aan met fraaie uitzichten
over het dal en ook naar Madonne d'Utelle. Maar het brengt ons niet heel veel lager en dus zullen op een bepaald moment toch echt steiler moeten gaan dalen.
En dat gebeurt, na Col du Castel Gineste wordt het wat steiler zonder dat het erg moeilijk wordt. Het is gewoon een erg rotsig pad wat aan het einde van
een lange dag erg vermoeiend is. Een aantal keren als we een hoek omkomen kunnen we Utelle zien liggen, maar het duurt nog zeker een uur voordat
we het gevoel krijgen dat we werkelijk dichtbij komen. Eindelijk, om 18:15, komen we op het asfalt uit aan de rand van Utelle en lopen we door het
dorp naar de auto. We waren bang dat het moeilijk zou worden om het te halen in het aantal uren beschikbare daglicht dat we nu hebben in september,
maar in werkelijkheid hebben we dus nog 1.5 tot 2 uur over. We liepen op sommige stukken flink door, sneller dan we zouden willen om echt van de
omgeving te kunnen genieten en rond te kunnen kijken ipv alleen maar naar onze voeten te kijken om niet te vallen. Maar we hebben het gehaald,
hoewel we nog wel 1.5 uur moeten rijden naar de camping. Nu rest alleen de vraag, is het echt een "monsteretappe"?